Hoe sport je met MS?

Sporten is voor iedereen anders

MS, multiple sclerose, is voor iedereen anders. Dat geldt ook voor sporten met MS. Afhankelijk van je klachten lukken sommige dingen wel of niet. Sommige mensen kunnen makkelijk een lang stuk wandelen. Voor anderen is een keer extra staan al een uitdaging. Vergelijk jezelf niet met anderen. Doe wat bij jou past. Een klein beetje bewegen is al beter voor de gezondheid dan niets. Alles wat je doet, helpt.

Langzaam opbouwen

Het kan een grote uitdaging zijn om genoeg te bewegen. Zeker als je MS hebt. Heb je al een tijdje niet gesport? Begin dan rustig. Bouw het op. Doe bijvoorbeeld iedere week een beetje meer. Te snel opbouwen kan leiden tot blessures. Start met korte oefeningen waar je niet veel kracht voor nodig hebt. Gaat dat goed? Maak de oefening dan zwaarder of langer. 

Hoe houd je het sporten vol?

Een sport die je leuk vindt houd je langer vol. Neem de tijd om uit te zoeken wat jou motiveert. En waar je plezier uit haalt. Een paar voorbeelden van wat sporten leuk maakt:

• Sociaal contact. Veel mensen sporten liever samen met andere mensen. Je vergroot je sociale kring en je doorzettingsvermogen. Samen bewegen kan bijvoorbeeld met een wandelmaatje of een sportteam.
• Afwisseling. Zorg elke week voor andere oefeningen. Of kies eens een nieuwe route voor je hardlooprondje of je fietstocht.
• Uitdaging. Een sportief doel behalen of een wedstrijd winnen geeft een goed gevoel. Bedenk wel dat je het niet elke keer beter kunt doen dan de vorige keer. Daarnaast spelen je MS-klachten een rol bij hoe je per dag presteert. 

Je grenzen opzoeken

Een klein beetje bewegen is al beter voor de gezondheid dan blijven zitten. Maar ga zeker ook af en toe een nieuwe uitdaging aan. Doe bijvoorbeeld een keer een langere of intensievere training. Vaak kun je meer aan dan je denkt. Het is prima om hierdoor wat meer spierpijn te hebben dan normaal. Of dat de spierpijn langer duurt. Het is wel belangrijk om naar je lichaam te blijven luisteren. Het is niet de bedoeling om bij elke training het uiterste van jezelf te vragen. Daarmee zou je jezelf te vaak overbelasten. De fysiotherapeut kan helpen met onderzoeken waar je grenzen liggen. En deze kan helpen opletten dat je niet te vaak over je grens gaat.  

Tips om meer te bewegen

• Kies het moment van de dag dat het beste bij jou past om te sporten. Veel mensen kiezen ervoor om in de ochtend te sporten. Dan hebben ze nog de meeste energie.
• Bedenk hoe je door de dag heen beweegmomenten kunt plannen. Bijvoorbeeld door de trap te nemen in plaats van de lift. Of door met de fiets ergens heen te gaan, in plaats van de auto.
• Een sporthorloge houdt bij hoeveel je op een dag beweegt. Daarmee kun je bepalen of je genoeg doet.