Behandeling en zorg

Interferon bèta en peginterferon bèta

Interferon bèta en peginterferon bèta zijn medicijnen om MS te remmen. De merknamen van interferon bèta zijn Avonex, Betaferon en Rebif. De merknaam van peginterferon bèta is Plegridy. Hoe werken ze, en welke bijwerkingen zijn er? 

In het kort

  • Interferon bèta en peginterferon bèta remmen de activiteit van MS.
  • Het zijn twee medicijnen met dezelfde werking.
  • Ze worden gebruikt bij de behandeling van RRMS.
  • Je dient het medicijn bij jezelf toe met een prik.
  • Op de prikplaats kun je last van je huid krijgen. Ook kun je na het prikken grieperig worden.

Voor wie?

Interferon bèta en peginterferon bèta zijn eerstelijns medicijnen om MS, multiple sclerose, te remmen. Ze zijn bedoeld voor de behandeling van relapsing remitting MS (RRMS).

Wat is het verschil tussen interferon bèta en peginterferon bèta?

Interferon bèta en peginterferon bèta zijn twee medicijnen met dezelfde werking. Peginterferon bèta is gekoppeld aan een andere stof. Die gekoppelde stof zorgt ervoor dat peginterferon bèta langer in het lichaam aanwezig blijft. Daardoor hoef je peginterferon bèta minder vaak toe te dienen dan interferon bèta. 

Voor het gemak lees je hierna over (peg)interferon bèta als beide medicijnen bedoeld worden.

Hoe werkt (peg)interferon bèta?

(Peg)interferon bèta lijkt op stoffen die van nature al aanwezig zijn in het lichaam. Deze stoffen helpen met de afweer. Bij MS is er iets mis met de afweer, waardoor er ontstekingen ontstaan in het centrale zenuwstelsel. Door het toedienen van (peg)interferon bèta ontstaan er minder snel ontstekingen. Het aantal schubs neemt af en je gaat minder snel achteruit. Dit merk je meestal binnen enkele maanden. 

Hoe gebruik je (peg)interferon bèta?

(Peg)interferon bèta zit in een spuit die je bij jezelf toedient. De zorgverlener legt je uit hoe dat moet. Hoe vaak je moet prikken, verschilt per merk:

  • Avonex: 1 keer per week
  • Betaferon: om de dag
  • Rebif: 3 keer per week
  • Plegridy: 1 keer in de 2 weken

Bijwerkingen van (peg)interferon bèta

Medicijnen hebben vaak bijkomende effecten, ook wel bijwerkingen genoemd. Sommige mensen hebben veel bijwerkingen bij een bepaald medicijn, terwijl anderen er bijna geen last van hebben. Sommige bijwerkingen komen vooral de eerste weken voor. Bij het gebruik van (peg)interferon bèta kun je onder andere de volgende bijwerkingen krijgen:

  • griepachtige verschijnselen zoals vermoeidheid, misselijkheid, koorts en hoofdpijn
  • pijn, zwelling, roodheid en ontsteking op de prikplek
  • maagdarmklachten
  • hoofdpijn
  • huiduitslag
  • psychische klachten

Overleg met de zorgverlener

Op de volgende momenten is het goed om contact op te nemen met de arts of MS-verpleegkundige:

  • als je naast (peg)interferon bèta andere medicijnen wilt gaan gebruiken
  • als je bijwerkingen krijgt
  • als je wilt stoppen met het gebruik van dit medicijn

Onderzoeken bij het gebruik van (peg)interferon bèta

In het eerste jaar controleert de arts 4 keer het bloed. Bij sommige mensen gaat het lichaam tegen het medicijn werken. Het lichaam maakt dan stoffen aan waardoor het middel minder goed werkt. Dit gebeurt meestal pas na meer dan een jaar. Een bloedonderzoek na 1 en 2 jaar kan laten zien of het lichaam gaat tegenwerken. Daarnaast houdt de arts de voortgang van de MS bij via MRI-scans.

Merknamen en generieke namen

Je kunt interferon bèta tegenkomen onder verschillende namen, zoals Avonex, Betaferon, Extavia en Rebif. Peginterferon bèta kun je tegenkomen als Plegidry.

Artikel met medewerking van:

  • drs. Luuk van Rooij - neuroloog, Maasstad Ziekenhuis
  • dr. Joost Smolders - neuroloog, Erasmus MC

Experts dragen bij aan betrouwbare informatie op MS.nl.
Lees meer over hoe we als redactie keuzes maken.

Laatst bijgewerkt op: 23 januari 2024

Lees meer over MS remmen

Volgend artikel